Vanmorgen was het gelukkig droog toen ik mijn dagelijkse wandeling door de Drie Fonteinen begon, maar aan alles was ook te zien dat het de afgelopen tijd goed geregend heeft. De grond is glibberig, overal staan plassen, maar vooral: alles is bijna oogverblindend groen. Overal perst het leven zich de grond uit, het ei uit, waar ook dan maar uit. Zoals ook geschreven staat in Psalm 68, waarvan twee verzen dinsdag op het dagelijkse leesrooster stonden:
“U liet een milde regen neerdalen, God,
en schonk uw uitgeput land nieuwe kracht.
Uw kleine kudde ging er wonen,
in uw goedheid, God, gaf u het aan de zwakken.”
Milde regen, die het uitgeputte land nieuwe kracht geeft. Een land waar de zwakken kunnen wonen. En o mijn God, wat is dat nodig in onze wereld van vandaag. Waar het geweld binnen huisgezinnen – zo eufemistisch “huiselijk geweld” genoemd – alleen maar is toegenomen in Coronatijden. Waar zoveel mensen snakken naar het moment dat ze hun geliefden eindelijk, eindelijk weer in de armen kunnen sluiten. Waar ouderen al zo lang opgesloten hebben gezeten in de instelling die toch hun thuis zou moeten zijn. Waar jongeren – zoals dat bij hun leeftijd hoort – zo graag met vrienden samen zijn; maar als ze daar gehoor aan geven worden ze ervan beschuldigd dat ze hun botten vegen aan de Coronaregels. Wat is dat ook verder van huis hard nodig, in de Gazastrook, waar geen milde regen valt maar alleen maar bommen regenen op een bevolking die geen kant op kan. Ik heb er vrienden wonen, van wie ik niet weet of ze nog in leven zijn. In Israël, ooit begonnen als toevluchtsoord voor een vervolgd volk, waar nu jongeren door de straten trekken onder het roepen van “dood aan de Arabieren”. Ook daar heb ik vrienden wonen, Israeli’s die al jarenlang werken aan een rechtvaardige vrede maar nu dat werk weer zien afbrokkelen onder de logica van militair geweld. Wat is dat wereldwijd toch hard nodig, waar niet alleen de Coronacrisis maar ook de klimaatcrisis voortgaat…
Een hoop dood en verderf in onze wereld. Maar dat was al zo toen Psalm 68 gedicht werd. En toch schreef die dichter over milde regen die het uitgeputte land nieuwe kracht geeft. En God die het land aan de zwakken geeft. Dat soort teksten moeten we toch maar blijven lezen (en zingen), juist in deze tijd. En genieten, dwars door alles heen, van dat nieuwe leven dat zich in deze tijd overal baan breekt.