Al bijna vanaf het eerste begin van de tijd dat ik nu al in Vilvoorde woon, kom ik af en toe in ‘De Loodstuin’. Dat is een stuk grond tussen de Harense Steenweg en het pad langs de Zenne, met een oude loods erop.Hierop is een paar jaar geleden een buurt-moestuin aangelegd, die door een trouw groepje buurtbewoners onderhouden wordt. Ik werk er zelf ook af en toe met veel plezier. Tegenwoordig moet dat in groepjes van maximaal vier vanwege de Corona-maatregelen, maar daarmee gaat het werk wel door. De afgelopen weken hadden we met vereende krachten in de loods een kasje gebouwd om jonge groenteplantjes in te kunnen opkweken en planten die warmte nodig hebben, zoals tomaten en paprika’s. Ook weer in groepjes van maximaal vier, wat soms een hele planning was. Maar vorige week maandag was het zover: het kasje was klaar, het werd in onderdelen naar de tuin gebracht en daar in elkaar gezet. Ik was daar zelf niet bij, maar kreeg wel de foto’s doorgestuurd in de WhatsApp-groep van de moestuinwerkers. Wat waren we allemaal trots op het resultaat van ons harde werken.
Nu is er vorige week, met de storm die over het land raasde, een ramp gebeurd in de Loodstuin.Die storm blies ergens op donderdagochtend het kasje helemaal aan flarden. De eerste berichtjes kwamen al gauw binnen in de App-groep, met foto’s erbij. Het was letterlijk om te huilen. In de middag ging ik maar eens naar de tuin toe en trof daar de ravage aan die over was van ons werk. Er druppelden meer moestuinwerkers binnen om te komen kijken. We voelden ons er allemaal verslagen onder. Toch was het goed om even daar te zijn en met elkaar die verslagenheid te delen. En de trots, die we eerder hadden gevoeld over ons werk aan het kasje: die was er nog steeds. Ergens in al die verslagenheid ontstond er toch ook een ander gevoel. Het gevoel van “hoe verdrietig het ook is, het was mooi om er samen aan te werken.” Het was een wonderlijk gevoel van dankbaarheid omdat we samen aan iets moois hadden kunnen werken.
Misschien is dat ook wel waar ‘gemeenschap’ om draait. Niet om het eindresultaat; dat kan in een paar minuten onderuit geblazen worden, zoals we vorige week konden zien. Wel om de ervaring dat je samen werkt aan iets dat de moeite waard is. Of dat nu gaat om een gemeenschapje van moestuinwerkers in de Loodstuin en iets kleins zoals een kasje voor de moestuin. Of dat het gaat – ik ben nu eenmaal predikant, hè – om een kerk als gemeenschap van leerlingen van Christus en, noem maar een dwarse straat, het Koninkrijk Gods. De weg die je samen gaat is uiteindelijk het belangrijkste.
Afgelopen zondagochtend was er een vergadering in de tuin om de planning voor het nieuwe seizoen te maken. Ik kon er niet bij zijn omdat het op zondagochtend eerst Zondagsschool en daarna de Koffiebabbel is; maar direct na de vergadering kwam er al een berichtje door van onze coördinator: “zin om erin te vliegen!” Ons kasje heeft maar een paar dagen in de tuin mogen staan, maar de moestuinwerkers gaan door met samen aan iets moois werken. Ik krijg ook alweer goesting in het nieuwe tuinseizoen.